"Exploring the future of work & the freelance economy"
SLUIT MENU

Voor Gemeente Den Haag zijn zzp’ers blijkbaar tweederangs professionals

De Gemeente Den Haag maakt bij het inhuren van externe experts een opvallende keuze. Eerst komen externen aan bod die in loondienst zijn van een bureau. Pas als daar geen goede kandidaten tussen zitten, komen zelfstandig professionals in aanmerking voor de opdracht. De gemeente gebruikt daarbij de Wet DBA als motief, maar lijkt daarin niet erg consequent.

Een kleine 20 procent van de loonkosten van grote gemeenten gaat naar externe inhuur. Dat zal bij de Gemeente Den Haag niet anders zijn. Via een aanbestedingsprocedure kunnen bureaus momenteel meedingen om extern personeel te leveren aan de gemeente. Het gaat om opdrachten op het gebied van projectmanagement, interimmanagement, generieke consultancy, adviseurs financiën en control, P&O/ HRM, Organisatieontwikkeling en Organisatieadvies. Een interessante tender met een opdrachtwaarde van ruim € 83 miljoen (over een periode van vier jaar).

Zzp-kandidaten op achterstand

Maar in die mooie aanbesteding zit een aantal opvallende zaken die zzp-kandidaten op een flinke achterstand zetten. In de ‘Aanbestedingsleidraad Inzet extern personeel’ staat namelijk dat Den Haag eerst via een mini-competitie een uitvraag doet naar kandidaten die in loondienst zijn (lees: detachering), expliciet ‘met uitsluiting van zzp’ers in welke vorm dan ook’. Pas als dit traject echt geen geschikte kandidaat oplevert, volgt eventueel nog een tweede ronde voor zzp’ers.

Dus de detacheerders mogen met elkaar uitvechten wie als winnaar uit de bus komt. Zzp-bemiddelaars hebben het nakijken en mogen pas meedingen als de detacheerders er helemaal niet in zouden slagen kandidaten te leveren.

Daarbij geldt een strikte marge voor wat bureaus voor zzp-bemiddeling in rekening mogen brengen, terwijl dat voor detacheerders niet geldt. En tarieven van zzp mogen, anders dan bij andere contractvormen, niet geïndexeerd worden.

Opvallend is ook dat bij ‘loondienstkandidaten’ de opdracht ‘wordt gegund aan de kandidaat met de beste kwaliteit’. Bij zzp’ers wordt gekeken naar ‘de beste prijs/kwaliteitverhouding’. Dat is toch echt een andere afweging.

Vragen en onbegrip bij zzp-bemiddelaars

De aanbesteding leidt op z’n zachtst gezegd tot onbegrip bij zzp-bemiddelaars. Want er is toch ook nog zoiets als het gelijkheidsbeginsel bij aanbestedingen?

Het achterstellen van zzp’ers in deze aanbesteding staat ook haaks op een bewering in diezelfde Aanbestedingsleidraad. Daarin zegt de gemeente dat ze ‘graag ziet dat zzp’ers kunnen worden ingezet, wanneer dat de beste oplossing voor een bepaalde opdracht is’. De gemeente stelt daarin ook dat zij ‘de mogelijkheden voor de inzet van zzp’ers niet wil belemmeren’.

Zzp-bemiddelaars hebben het nakijken en mogen pas meedingen als de detacheerders er helemaal niet in slagen kandidaten te leveren.

Hoe rijmt de gemeente Den Haag dit alles met het ‘uitsluiten van zzp’ers in welke vorm dan ook’ bij de eerste mini-competitie?

Adviesbureaus die opdrachtgevers in de publieke sector begeleiden bij dit soort aanbestedingen, zetten zo hun vraagtekens, maar uiten die liever niet publiek. Ook in de bureauwereld van flexleveranciers wordt met verbazing en soms verbijstering gekeken naar deze eisen van de gemeente. Ook zij willen niet reageren, om hun kansen op deze toch flinke vis niet mis te lopen.

Die bureaus hebben – als onderdeel van de aanbestedingsprocedure – wel flink wat vragen gesteld en suggesties gedaan om de procedure aan te passen. In de nu gepubliceerde antwoorden in de ‘nota van toelichtingen’, worden die suggesties door de gemeente een voor een van tafel geveegd.

De antwoorden geven wel iets meer inzicht in de motieven van de gemeente. Die lijken nog niet erg consequent.

Motivatie verwijst naar Wet DBA en webmodule

In de aanbestedingsleidraad en in de antwoorden verwijst de gemeente naar de Wet DBA en naar de webmodule. “Uitgangspunt voor de gemeente is, dat wanneer werk in loondienst gedaan kan worden dat ook in loondienst gedaan moet worden.”

Over wat nu precies de omstandigheden zijn waarin een opdracht wel of niet door een zelfstandige gedaan mag worden, daar is nog wel een discussie over te voeren. Maar op zich kan een opdrachtgever daar natuurlijk zo een eigen visie op hebben. Ook zet de gemeente momenteel al regelmatig opdrachten uit waarbij expliciet vermeld staat dat deze niet geschikt zijn voor zelfstandigen.

Dat ‘werk voor zzp’ers zowel in aard van de werkzaamheden (bijvoorbeeld onder leiding en toezicht werken), als in aansturing, als in formele zin (opdrachtverstrekking en opdrachtformulering) verschilt van werk in loondienst’, zoals de gemeente schrijft, klopt natuurlijk ook.

Maar deze redenatie gaat natuurlijk mank wanneer de gemeente, zoals ze van plan is, eenzelfde opdracht in tweede instantie alsnog openstelt voor zzp’ers.

In een overspannen arbeidsmarkt, die ook geldt voor interimmers, kan je maar beter een goede partnerrelatie opbouwen met je leveranciers.

Discriminatie zzp’ers en kleine zzp-bemiddelaars

Een opdracht is geschikt voor een zzp’er of niet. Of er voor de opdracht wel of geen ‘loondienst-kandidaten’ gevonden zijn, kan en mag in die ‘kwalificatievraag’ natuurlijk geen enkele rol spelen.

Suggesties van leveranciers om de fasering weg te laten, met als argument dat deze juridisch niet-consequent is en discriminerend is naar zowel zzp’ers als naar kleinere, gespecialiseerde zzp-bemiddelaars (die hebben immers geen kandidaten in loondienst), veegt de gemeente vrij hooghartig van tafel. “Opdrachtgever zoekt in deze aanbesteding samenwerkingspartners die (onze) uitgangspunten herkennen, doorgronden en soepel en effectief in optimale dienstverlening kunnen toepassen.”

Een opmerking van een mogelijke aanbieder dat de fasering ‘aan het gelijkheidsbeginsel opgenomen in de Aanbestedingswet tornt’, wordt afgedaan met de korte opmerking “wij delen uw aannames en conclusies in het geheel niet.”

De gemeente geeft dus geen krimp. Bureaus staan voor de keus van slikken of stikken. Zelfstandigen staan sowieso op achterstand, nog los van het feit dat ze – anders dan bij andere gemeenten – niet rechtstreeks mee kunnen dingen naar opdrachten.

Zo schiet de gemeente zichzelf in de voet. In een overspannen arbeidsmarkt, die ook geldt voor interimmers, kan je maar beter een goede partnerrelatie opbouwen met je leveranciers dan een niet-onbelangrijk deel van specialisten (zelfstandigen) zo van je te vervreemden.

En dan is er nog de Belastingdienst. Op deze manier zelf expliciet aangeven dat een opdracht eigenlijk niet geschikt is voor zelfstandigen, maar – bij het ontbreken van gedetacheerden – die opdracht dan toch met een zzp’er invullen: de Belastingdienst zal lastigere casussen hebben om aan te tonen dat een opdrachtgever onterecht zelfstandigen inzet.

De Gemeente Den Haag wilde niet reageren op vragen van ZiPconomy 


De gemeente Amsterdam kwam eerder dit jaar in het nieuws vanwege haar nieuwe zzp-inhuurbeleid. Zo mogen in Amsterdam opdrachten niet langer dan 12 maanden duren.Net als Den Haag verwijst de gemeente Amsterdam daarvoor naar de Wet DBA en de webmodule. In Den Haag mag een opdracht dan weer 24 maanden duren.

In dat kader is het goed om nog eens te constateren dat in de wet DBA feitelijk niets anders staan dan dat de Verklaring Arbeidsrelatie wordt afgeschaft. De tekst pas eenvoudig op een half A4-tje. Er staat geen enkel criterium in over wanneer nu wel of niet een zzp’er ingehuurd kan worden. Zo zal je ook in geen enkele andere wet iets vinden over een maximumduur van een opdracht voor een zzp’er. Al was het maar omdat de term ‘zzp’ sowieso nergens in een wet staat.

Wat er wel is, is het handboek loonheffingen van de Belastingdienst. Daarin staat een aantal ‘indicaties’ (zie hier) op basis waarvan de Belastingdienst kan bepalen dat een er terecht of niet ‘buiten dienstbetrekking’ gewerkt kan worden.

Een van de indicaties is de ‘Overeenkomst loopt lange tijd door’. Er wordt geen termijn genoemd en los daarvan geldt dat geen enkele indicatie los kan leiden tot de conclusie dat er een gezagsverhouding is.

Ook een rechter kijkt naar alle omstandigheden. Bekend is de uitspraak in de zaak van Herman Blijker. Die werd door de rechter als zelfstandige beoordeeld, ondanks dat hij langer dan 10 jaar voor dezelfde opdrachtgever (RTL) werkte. Of de zaak van een dirigent die vorig jaar als zelfstandige werd bezien, ondanks dat hij al 16 jaar voor dezelfde opdrachtgever werkte (en doorbetaald werd bij ziekte).

Deze indicaties vormen de basis van de webmodule. Zowel Amsterdam als Den Haag verwijzen daarnaar. Die webmodule geeft nu echter juist de ruimte de ruimte voor een inzet langer dan een jaar, ook bij fulltime opdrachten. Het levert 10 ‘strafpunten’ op. Indien een opdracht onder de 45 punten blijft is het duidelijkheid dat die opdracht ‘buiten dienstbetrekking’ uitgevoerd kan worden.


 

Hugo-Jan Ruts is 'editor-in-chief' en uitgever van ZiPconomy. Bekijk alle berichten van Hugo-Jan Ruts

Eén reactie op dit bericht

  1. Ik denk dat vooral de onduidelijkheid rond de Wet DBA het probleem is. Opdrachtgevers willen niet het risico lopen om een kracht in te huren die, na een onbekende periode, vanwege wetgeving opgezegd moet worden. Het feit dat de continuiteit van een project of de bedrijfsvoering hierdoor in gevaar komt maakt dat opdrachtgevers twee keer nadenken voordat zij een ZZP’er inhuren.